
Stel je voor: je hebt je verslapen en eenmaal – te laat – op je werk, word je overspoeld door alle taken die er op je liggen te wachten. Voor elke klus die je afrondt, lijken er twee nieuwe bij te komen en na een drukke werkdag vol verantwoordelijkheden hebben we thuis ook nog van alles te doen: boodschappen, koken, het huishouden… Je bent niet de eerste die hier stress van krijgt! Stress kennen we allemaal en op zich is dit ook helemaal niet verkeerd, omdat het ons helpt om goed en snel te handelen in noodsituaties. Maar wanneer je steeds vaker stress ervaart en gaandeweg het gevoel krijgt dat je onder spanning komt te staan, dan wordt het hoog tijd hier iets in te veranderen. In deze blog wil ik je daarom uitleggen wat stress precies is en wat het met je doet.
Biologisch gezien is stress een reactie van je lichaam op een situatie je als bedreigend ervaart. Maar wat is die dreiging dan? Wat voor de één een leuke uitdaging is, bijvoorbeeld bungeejumpen, kan voor een ander ontzettend stressvol zijn. Dit heeft allereerst te maken met de situatie zélf, maar ook met hoe goed wij zelf denken dat wij met die situatie om kunnen gaan. In hoeverre we iets als schadelijk, gevaarlijk of bedreigend ervaren, verschilt dus per persoon.
Ons lichaam reageert direct op de stressvolle situatie. Ons zenuwstelsel zorgt voor een vecht- of vluchtreactie, waardoor we meteen ‘aan’ staan en klaar zijn voor actie. Onze spieren spannen zich aan, de bloeddruk en hartslag gaan omhoog en je voelt je hart bonzen in je borstkas. De spijsvertering wordt op een laag pitje gezet en we beginnen een beetje te zweten, zodat ons lichaam na de explosieve actie weer snel kan afkoelen. Ook maken we meer cortisol aan, een stresshormoon dat ervoor zorgt dat de bloedsuikerspiegel stijgt en de stofwisseling harder werkt, waardoor er meer energie vrijkomt om met de stressvolle gebeurtenis om te gaan.
Best heftig, toch? In slechts seconden bereidt ons lichaam ons voor op actie, ook in situaties waar dit helemaal niet bij nodig is. Ons stresssysteem is ontzettend nuttig, omdat het ervoor zorgt dat we in geval van nood snel en goed kunnen handelen. Het probleem is alleen dat het geen goed onderscheid kan maken tussen situaties: we reageren niet alleen op fysieke bedreigingen, zoals een naderende auto, of – in vroeger tijden – een tijger, maar ook op psychische bedreigingen. En alsof dat niet genoeg is, gaat ons stresssysteem ook nog liever veel te vaak af dan één keer te weinig.
Daar sta je dan, in de file, met al je stressreacties die je hebben klaargestoomd voor actie. Je bent gespannen, je hart bonst, je hebt het warm, maar waarvoor eigenlijk?
Ziektes die gerelateerd zijn aan stress ontstaan vooral doordat we ons stresssysteem veel te vaak activeren. Stress is bedoeld voor acute en fysieke noodsituaties, maar wij zetten het vrijwel dagelijks in werking wanneer we piekeren over ons werk, onze relatie of de hypotheek. Zoals gezegd zorgt het stresshormoon cortisol ervoor dat er bij stress meer energie vrijkomt, maar al die energie moet wel ergens vandaan komen. Is jouw cortisolniveau regelmatig verhoogd? Dan bespaart je lichaam steeds vaker op je immuunsysteem, waardoor je uiteindelijk vatbaarder en kwetsbaarder wordt voor ziektes. Daarnaast kunnen een chronisch verhoogde hartslag en bloeddruk schadelijk zijn voor je hart en bloedvaten én laat stress ook sporen na in je hersenen: we worden niet alleen vergeetachtiger en kunnen ons slechter concentreren, maar we ervaren ook vaker stress. Stress zorgt dus uiteindelijk voor nóg meer stress!
De boodschap is duidelijk: stress is niet gezond voor je. Gelukkig is er ook goed nieuws, want iedereen kan leren beter met stress om te gaan. Zo helpt het om problemen op tijd aan te pakken, maar ook sociale hulp vragen aan vrienden of familie kan zorgen voor meer ontspanning. Mindfulness en meditatie kunnen je daarnaast enorm helpen bij het beter leren omgaan met stress. Met mindfulness leer je je gevoelens, gedachten en lichamelijke sensaties op te merken, zonder oordeel. Van daaruit kun je stress sneller herkennen en betere keuzes maken voor jezelf. En dat hoeven helemaal geen grote, levensveranderende dingen te zijn: vaak zijn het juist de kleine keuzes of aanpassingen die je enorm kunnen helpen.